Overzicht Atlas lokale lasten 2023

Totale decentrale lasten

De kaarten beperken zich tot nu toe steeds tot één van de decentrale overheidslagen. We geven in dit deel van deze atlas ook een beeld van wat in totaal wordt betaald aan gemeente, provincie en waterschap samen.

De gemeentelijke lasten komen vaker in het nieuws dan de heffingen van provincies of waterschappen. Maar als wordt gekeken naar de totale bedragen dan blijkt dat de gemeente niet voor alle huishoudens de grootste kostenpost is. De totale decentrale lasten helpen daarmee de lastendruk van decentrale belastingen in een breder perspectief te plaatsen.

Zo’n totaalbeeld is de som van de bedragen die huishoudens jaarlijks aan de verschillende decentrale overheidslagen moeten betalen, puur omdat zij ergens wonen en een auto bezitten. Een dergelijk totaalbeeld schetsen blijkt echter complex. Simpelweg sommeren blijkt niet mogelijk. Dat komt door de waterschappen.[i]

Allereerst vallen waterschapsgrenzen niet altijd samen met grenzen van provincies en gemeenten. Binnen circa 50 gemeenten zijn twee, soms zelfs drie waterschappen actief en betalen huishoudens dus verschillende tarieven afhankelijk van waar zij precies wonen. In deze gevallen kan per gemeente wel een (naar inwonertal) gewogen tarief worden berekend.

Een tweede complicatie is dat waterschappen tarieven voor eigenaren van gebouwen en grond kunnen differentiëren. Het tarief dat een eigenaar van een gebouw of grond betaalt hangt dan af van de ligging binnen het waterschap.[ii] In 2023 passen 10 waterschappen (48 procent) tariefdifferentiatie toe voor eigenaren van gebouwen.

Een laatste complicatie is dat enkele waterschappen (een deel van) het wegennet in het waterschapsgebied onderhouden. Ze kunnen hiervoor een wegenheffing opleggen aan de belastingbetalers in het gebied waar de wegen worden onderhouden. Waterschap Scheldestromen (in Zeeland) onderhoudt wegen in zijn gehele beheersgebied. In de andere vier waterschappen wordt de wegenheffing maar in een deel van het gebied opgelegd. In de Wet herverdeling wegenbeheer uit 1997 is vastgelegd in welke gemeenten waterschappen het wegennet onderhouden. Sinds 1997 zijn echter veel gemeenten gefuseerd. Het waterschap dat in het grootste deel van Noord-Holland actief is (Hollands Noorderkwartier) draagt het wegenbeheer dit en de komende jaren over aan de gemeenten. We hebben uitgezocht in welke gemeenten waterschappen anno 2023 wegen onderhouden.

De totale decentrale lasten zoals deze op de volgende kaarten worden gepresenteerd bestaan voor huurders uit de afvalstoffenheffing en in een deel van de gemeenten een rioolheffing (gemeente), provinciale opcenten en de zuiveringsheffing en de ingezetenenheffing van de waterschappen. Voor eigenaar-bewoners komen hier de ozb (gemeente) en heffing gebouwd (waterschap) nog bij.

 

Naar kaarten totale decentrale lasten

 

Naar algemeen overzicht

 

[i] Zie ook C. Hoeben (2017), Totale decentrale lasten huishoudens in kaart gebracht, ESB, 102 (4745), 12 januari 2017, blz. 42-44.

[ii] Vóór 2009 was het verplicht om tariefdifferentiatie toe te passen als het belang dat eigenaren bij het waterschapswerk hadden van plek tot plek verschilde. Ieder waterschap stelde hierbij zelf de mate van differentiatie vast. Dit kon ertoe leiden dat belastingbetalers in lagergelegen gebied meer betaalden, omdat het waterschap voor hen wél en voor de rest van het gebied geen water weg hoefde te pompen. Sinds de wet Modernisering Waterschapsbestel (2009) is tariefdifferentiatie niet langer verplicht en is wettelijk vastgelegd wanneer tariefdifferentiatie kan worden toegepast en wat de maximale differentiatie is.

74 Totale decentrale lasten huurder meerpersoonshuishouden

Totale decentrale lasten huurders

Kaart 74 laat zien dat de totale decentrale lasten voor huishoudens met een huurwoning in Zuid-Holland vaak hoog zijn. Op de Veluwe en in delen van Limburg en het oosten van Brabant zijn deze vaak laag. De lasten zijn met 570 euro het laagst in Nijmegen. Dit komt voornamelijk doordat de gemeente ervoor kiest om de gemeentelijke woonlasten vooral op te leggen aan huiseigenaren (zie voor de gemeentelijke woonlasten voor huurders kaart 32). De waterschapslasten (Nijmegen maakt deel uit van Rivierenland) zijn niet opvallend laag. Huishoudens betalen er in 2022 197 euro voor de zuiveringsheffing (kaart 64) en 123 euro voor de ingezetenenheffing (kaart 66). Autobezitters betalen in Gelderland voor een personenauto van 1250 kilo die rijdt op benzine 214 euro (kaart 62)

De lasten voor huurders zijn het hoogst in West Betuwe, waar zij 1.285 euro betalen. West Betuwe kent in 2023 het hoogste tarief voor de rioolheffing voor gebruikers van woningen, namelijk 417 euro. Daarnaast betalen meerpersoonshuishoudens gemiddeld 333 euro voor de afvalstoffenheffing. West Betuwe maakt net als Nijmegen deel uit van waterschap Rivierenland. De zuiveringsheffing is 197 euro, de ingezetenenheffing is 123 euro.

Gemiddeld betaalt een huurder in 2023 933 euro. Dat is 41,08 euro (4,6 procent) meer dan vorig jaar.

Volgende kaart

Vorige kaart (waterschappen)

Naar algemeen overzicht